Een faire deal

The Walking Dead / the comic

Vertel mij wat, ik weet best dat ik een nogal onooglijk wezen ben. Grote neus. Flaporen. De klassieke gnoom.

Tot overmaat van ramp ben ik ook nog eens vrij klein van stuk. Met mijn 1 meter 73 val ik nog net niet in de Wesley Sneijder-categorie. Maar toch, rijzig is anders. Eén van mijn dochters spreekt me dan ook steevast aan met “hey dwerg”. Net het soort opmerkingen dat een eroderend effect heeft op mijn toch al broze slakkenego.

Maar ik heb er wat op gevonden. Tegenwoordig geef ik ogenblikkelijk een zombie-imitatie ten beste, elke keer als ik dwerg genoemd word. Nadat ze een aflevering van The Walking Dead heeft meegekeken is die dochter van mij namelijk nogal bang voor zombies.

Vanuit een pedagogisch oogpunt volstrekt onverantwoord natuurlijk. Om een elfjarig meisje naar dat soort ellende te laten kijken. Ik weet het. Maar uiteindelijk word je als papa zo hondsmoe van het ik-wil-ook-meekijken gedram dat je de handdoek in de ring gooit.

Dus op een gegeven moment dacht ik “WTF”. “Jij kickt op Harry Potter en Lord of the Rings. Dan ben je waarschijnlijk ook wel bestand tegen een paar zombies”. En heb haar gewoon haar zin gegeven.

Een klein uur samen gruwelen. “Even goed opletten nu liefje. Nog een paar tellen, dan komt er een levende dode aanwaggelen die een fikse hap uit de bovenarm van dat leuke meisje neemt”.

Enfin, sinds die avond maakt ze zich ernstige zorgen dat er hier een kudde levende doden ronddoolt die het op haar gemunt heeft. Ha, zombies. In Emmeloord of all places. Zo’n beetje het griezeligste wat je in de Noordoostpolder tegenkomt zijn Urkers. Maar ik laat haar voorlopig even in de waan.

En zo komt het dat we nu al een tijdje in een soort van machtsvacuum leven, mijn middelste dochter en ik. Zij noemt me geen dwerg meer. En ik verander niet langer in een grommend lijk op zoek naar een lekker hapje. Da’s een stuk beter voor mijn ego. En voor haar nachtrust trouwens ook. Een faire deal, lijkt me.

Your comment